Onderzoeken

Reconnective Healing wordt al jarenlang uitgebreid aan wetenschappelijk onderzoek onderworpen. De meest opvallende resultaten tot nu toe zijn hieronder weergegeven.

Bij de foto hierboven zie je Kirlian fotografie vóór (links) en tijdens (rechts) de sessie. Labmetingen tonen aan dat Reconnective Healing practitioners een verhoogde hoeveelheid licht en andere elektromagnetische frequenties rondom hun lichaam uitstralen. Ze kunnen ze ‘aanzetten’ en de amplitude en oscillatie van de magnetische frequenties vergroten. Die veranderingen zijn ook zichtbaar gemaakt met bijvoorbeeld Kirlian fotografie. De foto hierboven laat de energie in de handen van de practitioner zien vóór (links) en tijdens (rechts) de sessie.

Onderzoek van The University of Arizona (USA) heeft aangetoond dat de hersengolven van diegene die Reconnective Healing ondergaat significant veranderen. Er worden hersenfrequenties bereikt in wakkere toestand die normaal alleen tijdens de slaap of in diepe meditate bereikt worden. Ook worden er patronen gezien zoals in de rem-slaap, de staat waarin wij dromen en dingen verwerken.

Prof. Friz Albert Popp, een Duitse professor de veel onderscheidingen heeft gekregen voor zijn werk, deed ook onderzoek naar Reconnective Healing. Zijn ontdekkingen op het gebied van biofotonen zijn fascinerend. Biofotonen zijn hele kleine bundeltjes van licht en informatie die ieder levend organisme uitstraalt. De zogenoemde emissie van biofotonen uit de handen van een Reconnective healer die aan het werk is, neemt significant toe. De onder wetenschappers aanvaarde stelling is dat hoe meer biofotonen we uitstralen, hoe beter onze gezondheid is. Dit wordt ondersteund door het gegeven dat een blad wat van een boom valt langzaam zijn biofotonen los laat, totdat het geen biofotonen meer heeft en in onze ogen is overleden. Experimenten met planten laten zien dat door Reconnective Healing toe te passen, de emissie van licht veel langer aanhoudt.

Dr. Konstantine Korotkov (Biofield Research World) publiceerde veel ‘medical papers’. Deze Russische wetenschapper schreef vervolgens een boek over zijn onderzoeken naar Reconnective Healing. Hij deed dermate veel en grondige onderzoeken dat hij een boek publiceerde met de titel; Science Confirms Reconnective Healing. Dr. Korotkov toonde aan dat de fysieke effecten van Reconnective Healing significant zijn, zowel direct na de interactie als tien dagen daarna.

PhD William Tiller, Stanford University department of Materials Science, ontwikkelde meetapparatuur waarmee subtiele energie gemeten kan worden. Hij deed experimenten met ervaren meditatoren en kon meten dat groepen die zich op een bepaalde intentie richtten daarmee effecten teweeg kunnen brengen. Deze resultaten worden op begrijpelijke manier uitgelegd in Lynne McTaggart’s boek; Het Intentie-Experiment.
De bevindingen van William Tiller over de veranderingen die plaatsvinden in ruimtes waar Reconnective Healing plaatsvindt, zijn opzienbarend. Tiller herhaalde zijn experimenten op verschillende locaties om zeker van de uitslagen te zijn.

Tijdens een Reconnective Healing seminar werden er diverse metingen verricht in de werkruimte vanaf enkele uren voor de start tot het einde van het seminar. Wetenschappers ontdekten een enorme verandering in de thermodynamische vrije energie van de ruimte. Na twee dagen was de toename van die energie zó groot, dat die vergelijkbaar is met een temperatuurstijging van 300 graden Celcius, terwijl de feitelijke temperatuur nauwelijks was gestegen. Soortgelijke resultaten zijn inmiddels ook tijdens andere seminars gevonden.

Tijdens een ander experiment werd het elektromagnetische veld rondom de handen van deelnemers vóór en na een Reconnective Healingseminar gemeten. Het veld bleek sterk te zijn toegenomen. Dat sluit aan bij ander onderzoek dat werd gedaan naar bio-energetische healing (in het algemeen). Daarbij werd gevonden dat een hoog elektromagnetisch energieniveau in de handen van de practitioner een verschuiving kan bewerkstellingen van ziekte naar gezondheid.

Er zijn ook verandering in de hoeveelheid absorptie van gammastraling gemeten gedurende sessies. Normaal straalt het lichaam een onschadelijke hoeveelheid gammastraling uit. Tijdens Reconnective Healing sessies nemen zowel de practitioner als de cliënt die straling op. Ander onderzoek naar bio-energetische healing heeft een link aangetoond tussen absorptie van gammastraling en genezing.

Bij wetenschappelijk onderzoek in laboratoria is gebleken dat Reconnective Healing practitioners verandering in DNA kunnen bewerkstelligen. Voor dit experiment gebruikte men planten, waarvan de bladeren waren beschadigd. Het DNA van die bladeren herstelde sneller na toepassing van de Reconnective Healing frequenties, dan dat dit het geval was bij Reiki en andere healingsvormen.

In een ander onderzoek kreeg de ene groep planten wél sessies met Reconnective Healing frequenties en de andere niet. Er werden losse bladeren in potjes geplant. De practitioners kregen een foto van die blaadjes en deden per dag vier healings op afstand. Na 90 dagen waren die bladeren nog steeds in leven, terwijl de andere na 30 dagen dood waren.

Onderzoek: 100% ervaart verandering na Reconnective Healing. Van 305 personen, die naar het effect van de Reconnective Healing werd gevraagd, gaf 100% te kennen één of andere verandering te hebben ondergaan. Van deze groep gaf 41% aan verandering in werk/carriëre of levenspad te hebben ervaren, 27% verandering in de geestestoestand, 11% in relaties, 10% in emoties, 9% spiritueel en 2% verandering in het fysieke welzijn. (Bron: Universiteit van Arizona)